Net zoals een week geleden waren de Dutch Lions, de regerend olympisch kampioen op de discipline, onweerstaanbaar. Velzeboer behoorde ook toen tot het (vaste) viertal, maar kon zich al niet meer herinneren hoe de zege in Tilburg tot stand was gekomen. Typisch shorttrack, waarin alles zich in een noodvaart voltrekt en de volgende race alweer op punt van beginnen staat, terwijl de medailles amper zijn opgeborgen. Wat ze wel wist: in Brabant ontbraken toplanden (Korea) of de beste rijders van een natie (China) die in Milaan weer wel acte de presence gaven. Voor de uitslag maakte het niets uit. “Het bewijst dat we heel sterk zijn. Dat we op de goede weg zijn. Je kunt nog steeds op elk moment fouten maken, maar we laten keer op keer zien dat we dat minder doen. En gaat het toch mis, dan kunnen we in ontstane situaties snel oplossingen verzinnen. Dat geeft een heel goed gevoel en extra zelfvertrouwen.”
In de aanloop naar het wereldkampioenschap dat over een maand in Beijing plaatsheeft, wordt het puur een kwestie van doorbouwen en zaken perfectioneren. “Nou, er blijven voortdurend verbeterpunten in shorttrack. De wissels kunnen we stroomlijnen, en er zijn meer dingen – die ze nu niet zo snel kon bedenken – waarbij je denkt help! die aandacht verdienen. Daar kunnen we aan werken. En het is natuurlijk van groot belang dat we straks topfit in China aan het vertrek staan.”
