Snoek, de lachebek van VGR-Vreugdenhil, won de vrouwenwedstrijd over 40 kilometer (op het laatste moment van 60 naar 40 teruggebracht vanwege het weer) door in de sprint van een acht rijdsters sterke kopgroep Esther Kiel (Puur ICT-BTZ) en Jet Fransen (Wokke Vastgoed) achter zich te laten. Ze bekende vrijwel direct na de zege luidruchtig te hebben gevierd met ploeggenotes, haar ouders en iedereen die er deelgenoot van wilde zijn, dat ze het in de finale ‘rustig aan had gedaan’. Dat was de enige methode om in een duel met vooral de aalvlugge Kiel aan het langste eind te trekken.

“Daarom heb ik niet veel werk gedaan om met de vluchtgroep weg te blijven. Dat was moeilijk voor me, maar ik dacht steeds: de andere meiden van mijn team zijn ook goed. Als we worden teruggepakt, dan kan ik terugvallen op een sterke ploeg. Zo heb ik het spel gespeeld, ook door heel veel achter Esther te zitten zodat ik kon zien wat zij deed. Ze zou eerder dan ik moeten reageren op eventuele aanvalspogingen. Bij het ingaan van de laatste kilometer reed ze op kop. Blijf zitten, blijf zitten, schoot er door mijn hoofd.

“Nou, toen ging Beau Wagemaker aan en zocht ik haar spoor, totdat ik besliste dat ik zelf moest vertrekken. Het was een kwestie van gaan, gaan, gaan. Vandaag lukte het, zaterdag voelde ik tijdens de eindsprint van het ONK al dat het niet alles was. Lekker hoor: eerst drie (Aart Koopmans Memorial), vervolgens tweede (ONK), en vandaag moest het eerste worden, zei iedereen. Dat het ook is gebeurd, had ik niet verwacht. Dit was een topweek met ons team”, besloot de Abcoudse die het oranjekleurige leiderspak van de GP-serie van teammaat Femke Mossinkoff overnam. In het klassement heeft ze 1,1 punt meer dan Kiel (59,1 om 58 punten).

Tessa Snoek juichend over de finish
De spurt bij de vrouwen. | Foto: Neeke Smit
Luc ter Haar wint nipt voor Harm Visser
De sprint bij de mannen. | Foto: Neeke Smit
Finishfoto Grand Prix 2 Mannen
De finishfoto van de mannen.

De rapste man van het 78-koppige mannenpeloton dat in goed anderhalf uur de 60 kilometer onder de schaatsen door liet gaan, wist op voorhand dat hij op de dag des heren aan de slag moest met een ‘onthoofde ploeg’. De gebroeders Haasjes (Christian en Ronald) slaan sporten op ’s zondags vanwege hun geloofsovertuiging over; daarnaast belandde Niels Overvoorde na het ONK in de ziekenboeg. “Dus het was ons duidelijk dat we op de sprint moesten gokken”, vertelde Luc ter Haar, met een toevoeging: en lang wachten omdat er tegenwind in de finishstraat stond.”

Hij had zich de eerste vier ronden van tien kilometer compleet schuilgehouden achter in de groep, profiterend van de slipstream. “Er was afgesproken dat ik me niet druk zou maken. Er was onderweg veel contact met ploegleider Martin van de Pol die voortdurend zei dat ik kalm moest blijven en niet te gek moest doen. Dat vond ik erg lastig, want ik voelde me ontzettend goed. Op een gegeven moment sprong er een paar man weg waar ik naartoe ben gereden. Toen kreeg ik de bevestiging dat ik inderdaad in orde was.”

De sprint durfde Ter Haar wel aan. Zoals gebruikelijk ontaardde de voorbereiding in een chaotisch tafereel waarbij altijd wel sprake is van duwen, trekken, porren en beuken. Ter Haar had de overwinning al met wilde indianenkreten kracht bijgezet, ook omdat de transponderuitslag hem zei dat hij zijn schaatspunt een fractie eerder over de lijn had gedrukt dan Harm Visser. Er ontstond na de finish enige ophef, omdat Ter Haar zich volgens sommigen zou hebben bediend van een aflossingsduw waarmee ploegmakker Ronald Kruijer hem zou hebben gelanceerd. Bij gebrek aan videobeelden waarop die ongeoorloofde actie te zien zou zijn, besloot de jury niets te doen. “Fijn wanneer je een race zo kunt afronden, met een gehandicapt team. Alle kleppers waren er vandaag. Nu maar hopen op de Alternatieve Elfstedentocht.”

De (nu nog voorlopige) uitslagen van de sprintwedstrijden staan hier en hier

Podium Grand Prix 2
Alle prijswinnaars in een beeld na de Grand Prix 2. | Foto: Neeke Smit