De 12.42,48 waar Huizinga na vijfentwintig ronden op uit was gekomen, leek dan ook niet onhaalbaar voor de twee stayers in de laatste rit. Snellink en Bergsma wisten dus exact wat ze moesten rijden om de Nederlandse titel te pakken en een WK-ticket te kunnen boeken naar Hamar. De twee mannen gingen lang gelijk op, waarbij Bergsma lange tijd vlak achter Snellink bleef rijden.
De 39-jarige ervaringsdeskundige op de tien onderschatte misschien wel zijn eigen kunnen. “Ik wist dat ik fit was, maar op de 5 kilometers van de laatste tijd liet ik vaak wat liggen. Dat zat misschien wel in mijn hoofd, dat ik me niet op moest blazen. Het was berekenend rijden, want ik wist dat Beau in goeden doen is, dus een gevaarlijke klant.”
Die gevaarlijke klant bleek hij echter helemaal niet te zijn. Waar Bergsma nog een flinke versnelling in huis had, bleef Snellink steken op rondjes 30,5. Het resultaat mag bekend zijn: Bergsma mag naar Hamar, Snellink houdt het daar bij de 5.
“Achteraf gezien was ik misschien beter dan ik van tevoren had gedacht", verklaarde Bergsma. "Nu ben ik misschien iets te bang voor Beau en had ik gewoon mijn eigen rit moeten rijden. Dan is het een stukje onzekerheid dat je zo lang wacht en kom ik heel dichtbij de tijd van Chris. Misschien heb ik hier wel een titel laten liggen.”
Uiteindelijk strandde Bergsma namelijk op minder dan twee seconden, waarbij hij in de slotfase zijn rondetijden nog omlaag kon brengen naar de lage 29’ers. Iets wat Huizinga niet lukte. Hij hield het bij tijden rond de 30,0, waardoor het verschil nog snel slonk. De 27-jarige man van Essent kon echter opgelucht ademhalen.
Voor Snellink bleek de laatste rit van het weekend ‘net een beetje teveel van het goede’. “Het was geen slechte rit, maar niet goed genoeg”, sprak hij nadien. Nadat hij zijn seizoen vorig jaar als een nachtkaars zag uitgaan door fysieke malheur, was de jongeling al blij dat hij zich in ieder geval op de 5000 meter had weten te plaatsen voor het WK. “De andere mannen hebben misschien net wel de frisheid. Dit was voor mij het hoogst haalbare voor nu.”
Na zijn dubbelslag durfde Huizinga ook al even vooruit te blikken naar het WK in maart. Daar moet het nog wel een tandje harder, verwacht hij. “Met deze races moet je mee kunnen doen voor het podium. Dat is ook ons plan, maar het zijn geen misselijke namen, die wereldrecordhouders (Ghiotto en Jilek, red.). Het wordt heel zwaar.”
De uitslagen vind je hier.