Er zijn vier tochten uitgezet door de vrijwilligers van de OMNI-skaters: twee vrije tochten en twee pelotonstochten. 

De kortste tocht, een vrije tocht van twaalf kilometer, is speciaal gericht op kinderen en gezinnen. De route daarvan is duidelijk uitgepijld, evenals de andere vrije tocht van dertig kilometer lengte.

Voor de kilometervreters zijn er twee pelotonstochten: een van zestig kilometer en een van 115 kilometer. Bij de eerste pelotonstocht houden de rijders een gemiddelde snelheid aan van 18 kilometer per uur. De lange tocht gaat met een hoger tempo: 21 kilometer per uur. 

Beide tochten voeren dwars door het fraaie Zuid-Hollandse landschap. De 115-kilometertocht voert zelfs helemaal naar de duinen en langs de zee. In beide pelotontochten is er een pauze opgenomen van ongeveer een kwartier om de reserves weer even aan te vullen.

Zowel de tocht van zestig als van 115 kilometer worden begeleid door motoren, fietser en skatebegeleiders.