De rijder van LottoNL-Jumbo is namelijk eigenlijk geen echte sprinter. Daarom voelt de zilveren plek bijna als een overwinning. “Mijn beste resultaat tot nu toe op een WK Sprint was vijfde, in Heerenveen. Maar toen was het niveau veel lager”, vertelde hij. “Nu moest ik rijden tegen jongens die een 34’er en 1.09 in huis hebben.”
In de voorbereiding op het seizoen deed Nuis weinig aan de 500 meter en ook in de wedstrijden liet hij zich weinig op de kortste afstand zien. “Ik ben vooral met de 1000 en 1500 meter bezig geweest. Daarom heb ik op de NK afstanden de 500 niet eens gereden.”
Dat dit juist in Seoul goed uitpakte, verbaasde Nuis niet. Het wat tragere ijs in de Zuid-Koreaanse hoofdstad is in zijn voordeel als 1000 en 1500-meterspecialist. Hij kan dan op de 1000 meter relatief veel tijd pakken ten opzichte van de rassprinters.
Precies daarom ziet hij voor de toekomst niet veel perspectief in het pure sprintwerk. Hij zal zich blijven richten op de 1000 en 1500 meter. Een switch naar de 500 meter zou namelijk ten koste gaan van zijn prestaties op de schaatsmijl zonder dat hij op de kortste afstand zou kunnen doorstoten naar de wereldtop. “Het is het een of het ander.”
Dat alles in gedachten houdend kon Nuis genieten van zijn tweede plaats en zelfs een beetje van de overmacht die Pavel Kulizhnikov tentoon spreidde. Dat de Rus zijn laatste meters van de slotafstand met de handen op de rug reed, kon hij wel waarderen. “Dat is toch mooi: een sprinttoernooi winnen met de handjes op de rug.”
Het was het symbool van de overmacht van de jonge Russische sprinter. Hij kon het in de laatste meters een beetje laten lopen en toch nog de rit van Verbij winnen en het kampioenschap op zijn naam schrijven.
“Het verschil was heel groot”, erkende Nuis. “Voor mij was er daarom voor de 1000 meter maar één doel: tweede worden.” De pupil van Jac Orie stond op dat moment vierde in het tussenklassement en moest dus nog wel een goede kilometer rijden.
Dat lukte meer dan behoorlijk. Hij had zaterdag al het baanrecord op 1.09,28 gezet, maar verbrak het opnieuw. Zondag reed hij naar 1.09,09. Met een trotse lach stond hij daarna met het certificaat van zijn kersverse baanrecord in de handen. “Het was echt een hele mooie 1000 meter”, zei hij.