Tweespalt in skeelerend Europa

De European cup was de afgelopen jaren de internationale skeelercompetitie waar veel toppers zich op regelmatige basis konden meten. Ontstaan uit een boeket van losse wedstrijden werd er gezocht naar een opzet om het in een competitieformat te gieten. Sinds 2011 functioneerde de European cup op die manier vrij aardig. Maar de laatste jaren kwamen er steeds meer wedstrijden bij, werden overal verschillende onderdelen verreden. Ook werden de afstanden – meestal op initiatief van inlineskatefederatie World Skate Europe (WSE) - aan de lopende band veranderd waardoor er van een overzichtelijke competitie geen sprake was. Dat moest anders, vonden ze bij WSE.

“World Skate Europe wilde meer eenheid en uniformiteit”, zegt Bertus Dokter, oud- voorzitter en tegenwoordig adviseur bij Skeelerclub Heerde. “We moesten naar één reglement en één format om er een serieus kampioenschap van te maken. Er werd al langer over gesproken, maar gaandeweg werd duidelijk dat er een blok gevormd zou worden.” WSE wilde af van de negen Europeancup wedstrijden die er waren en ging in gesprek met verschillende organisatoren. “Ze wilden minder wedstrijden en in de kalender mocht geen overlap zitten tussen nationale kampioenschappen in de verschillende landen en de Europeancup-wedstrijden. Dat ging mis.”

In verschillende landen trokken ze hun eigen plan. Dat was voor WSE het moment om de teugels nog wat strakker aan te trekken. Een aantal organisaties werd benaderd deel uit te maken van de Track Series Europe en een paar vaste klanten van de ‘oude’ European cup vielen – om verschillende redenen - af. Het Internationales Kriterium op het wegparcours van Gross-Gerau – waar deze zomer het EK Inlineskaten gehouden wordt – doet bijvoorbeeld niet mee aan de nieuwe competitie. De Flanders Grand Prix in Oostende en de wedstrijd in Gera gaan ook niet mee in de nieuwe Track Series Europe. Dat geldt eveneens voor Geisingen, al jaren de organisator van de grootste Europese skeelerwedstrijd.

Het format dat World Skate Europe voor ogen heeft past simpelweg niet in Geisingen, zegt Kay Schipper. De Noord-Hollander is een van de ‘geschäftsführers’ van de populaire indoorpiste. “Wij hebben als een van de weinige organisaties alleen kadetten tot en met senioren, maar met zoveel deelnemers moeten we op donderdag al een kwalificatiedag draaien. Wij kunnen ons toernooi niet in drie dagen draaien”, zegt hij. “Met de Dobbin Sprint of fly lap kunnen we redelijk snel veel deelnemers op de baan laten rijden, een extra 200 of 1000 meter organiseren is veel moeilijker en heel tijdrovend.” De inlinefederatie kwam in juli vorig jaar met het reglement en meldde dat de komst van het nieuwe kampioenschap een voldongen feit was.

In Geisingen hadden ze daarna een paar maanden de tijd om te kijken of het zou passen, maar er viel niet te praten over eventuele wijzigingen. “Er is een machtsspelletje ontstaan”, vindt Schipper. “Ze kwamen zonder duidelijke criteria en zonder een duidelijk budgetplan. Aan de andere kant stelden ze wel eisen: een toernooi van maximaal drie dagen, de Europeanen krijgen prioriteit, vaste afstanden en 50 euro inschrijfgeld voor deelnemers.”

Uiteindelijk koos Geisingen ervoor niet mee te varen op de koers van World Skate Europe. In Heerde sloten ze wel aan, al ging dat besluit niet over een nacht ijs. “Daar hebben we intern best veel discussie over gevoerd, maar we vonden de Track Series Europe de beste optie”, zegt Dokter. Wel is het een feit dat er een tweespalt ontstaan is in skeelerland. De ‘overgebleven’ partijen gaan door met de European cup. Noem het gerust ongewenste concurrentie, ruis in skeelerland.

Hoewel de organisatoren die aangesloten zijn bij de Track Series Europe blijkbaar goed meegenomen werden in de communicatie rond het nieuwe toernooi, bleven rijders en teams lang in het ongewisse. En nu staat de wedstrijd van Geisingen – jaarlijks een van de grootste skeelertoernooien ter wereld – tegenover de Track Series Europe-ronde in Senigallia. Een stukje Italiaanse halsstarrigheid van World Skate Europe? “Ik zette daar inderdaad mijn vraagtekens bij”, zegt Dokter. “Waarom zou je tegenover Geisingen iets gaan organiseren? Dat is niet verstandig. Desondanks zijn er aardig wat deelnemers.” Het lijkt erop dat de commerciële skeelerteams neigen naar deelname in de nieuwe competitie van WSE.

Het vaste format moet zorgen voor duidelijkheid, vindt Dokter. “We rijden alleen nog de onderdelen die ook op het EK en WK gereden worden, de incourante afstanden zijn eruit.” In Heerde merken ze dat World Skate Europe in ieder geval moeite doet om er iets van te maken. De inschrijving verliep in eerste instantie moeizaam vanwege problemen met de techniek. Ook wil men tegengaan dat de Colombianen – het grootste skeelerland ter wereld - met alle prijzen aan de haal gaan. “Ze mogen zich inschrijven, maar moeten minimaal vier wedstrijden meedoen om aanspraak te maken op de prijzenpot”, weet Dokter. In de European cup waren hier ook al regels voor. De Track Series Europe is vooral bedoeld om de Europese rijders sterker te maken op het hoogste niveau.

Schipper betwijfelt of dat resultaat hiermee behaald wordt. De beide competities kunnen best naast elkaar bestaan, maar wat hem betreft is World Skate bezig het wiel opnieuw uit te vinden. “Het levert vooral veel politiek gedoe op”, zegt hij. “Als je kijkt naar de ontwikkeling van de sport en een sprong wilt maken, zou je het meer moeten richten op topsport. Maak er een World Cup van. Nu hanteren ze van de kadetten tot de senioren hetzelfde format. Als je een beetje een goed toernooi hebt, zit een weekend echt ramvol. Commercieel verandert het product niet. Manieren hoe we deze sport beter kunnen verkopen kwamen in de discussies over de Track Series Europe zelfs niet aan bod.”