Lotte van Beek
De vorige titels waren Van Beek echt niet komen aanwaaien, maar ze reed de afgelopen drie jaar vrij gemakkelijk en zonder al te veel pech en tegenstand naar de eerste plaats. Dit jaar niet. “Dit was de spannendste van al mijn nationale titels. In december was ik nog ziek en op trainingskamp in Collalbo liep het ook niet. Pas vorige week bij de World Cup in Baselga ging het ineens weer.”
De tegenslag had weerslag op de wedstrijdspanning van Van Beek. “Vooral de 3000 meter was spannend. Het was pas mijn tweede van dit seizoen en ik wist niet wat ik kon.”
Van Beek ging daarom met een eenvoudige, maar succesvolle tactiek van start. “Ik wilde lekker mijn rondjes rijden en bij Pien Keulstra in de buurt blijven. In de laatste drie rondjes wilde ik aanvallen. Dat ging eigenlijk heel makkelijk.” Zo makkelijk zelfs dat de Zwolse bij het ingaan van de laatste ronde zelfs voor Keulstra uitreed.
Dit seizoen is het laatste juniorenjaar voor Van Beek en daarom richt ze nu de blik al vooruit. “Het is mooi dat ik al als junior op de NK's bij de senioren heb kunnen rijden, maar het lijkt me wel anders om junior-af te zijn.”
Toch steekt ze haar ambitie niet onder stoelen of banken. Ze denkt niet na over hoe haar carrière er over vijf jaar uitziet. Er is maar één periode belangrijk: drie jaar. Als alles goed loopt dan heeft Van Beek dan al haar eerste gouden medaille op zak. Ze gunt zichzelf niet meer tijd: “Acht jaar duurt me te lang.”