Van Hemert op de NK Afstanden in Heerenveen
Tien uur lang heeft Van Hemert op het vliegveld van Peking doorgebracht, samen met de meeste andere Nederlandse schaatsers. “We hebben er buiten in het zonnetje gezeten en een beetje rondgehangen, maar al snel was iedereen het zat.”
Het was geen goed begin van de China-expeditie voor Van Hemert. Pas diep in de nacht van donderdag op vrijdag kwam ze aan. Daarom duikt ze vanavond extra vroeg haar bed in: om negen uur. En ze kan uitslapen want ze komt pas om drie uur ’s middags in actie. Dan begint de 1000 meter voor de B-divisie.
Zondag wil ze dat niet, uitslapen. Van Hemert heeft namelijk grootse plannen. Ze wil zaterdag zo’n sterke tijd neerzetten op de kilometer dat ze zondag in de A-groep van start mag. “En lukt het zaterdag niet, dan wil ik me voor de A-groep in Obihiro plaatsen.”
Een tijd durft de neo-senior nog niet te noemen. “Het ligt helemaal aan de omstandigheden”, legt ze uit, “vandaag was het ijs heel zacht, maar dat kan morgen zo weer anders zijn.”
Van Hemert hoorde op 22 november dat ze naar China en Japan mocht afreizen. Ze bereidde zich er niet alleen sportief op voor, maar paste ook meteen haar dag-nachtritme aan. “Ik ben thuis al begonnen met vroeg opstaan. Vlak voor het vertrek stond ik om vier uur ’s ochtends op.” Op deze manier probeert Van Hemert een jet-lag te voorkomen. Er is tenslotte een groot tijdsverschil met China en Japan. In Changchun begint de dag zeven uur eerder dan in Nederland.
De World Cup is wel even wennen voor de jonge Hofmeier-rijdster. “Het is sowieso anders”, verzucht ze, “ik ben de enige van mijn team.” Dat geldt in nog grotere mate voor de wereldbekerwedstrijd in Obihiro, waar Van Hemert de enige Nederlandse is die de 1000 meter zal rijden.
Ze is niet bang dat de reis naar het Verre Oosten haar NK Sprint zal beïnvloeden. “Ik begrijp dat zo iemand als Laurine van Riessen hier niet naartoe komt, die wil écht winnen op het NK. Zij heeft ook al veel World Cups gereden. Ik wil het NK ook wel winnen, maar het is ook belangrijk voor mij om die World Cup-ervaring op te doen.”
De Wassenaarse is er dus niet rouwig om dat zoveel Nederlandse sprintsters niet naar Azië zijn afgereisd. “Ik ben blij dat ik de kans heb gekregen om mee te doen aan de World Cup voor senioren. Ik wil er lekker van genieten.”