“Het was geen slecht weekend”, relativeert Vladimir Semirunniy zijn WK-prestaties. “Ik wil altijd goud, maar voorafgaand aan dit weekend had ik niet op twee medailles gerekend.” De vijf kilometer voltooide hij in 6.12,95, goed voor brons, en zondag behaalde hij zilver op de tien kilometer. “Ik mikte op een tijd van 12.46 of 12.47, want dat had ik vorige week tijdens de training ook geklokt. Alleen ben ik in wedstrijden iets langzamer.”
Wat opvalt aan de tien kilometer van Semirunniy zijn de vlakke rondetijden: alle rondjes in de dertig seconden. “Op de Tacx houd ik ook twaalf minuten lang wattages van 420 à 440 watt vast. Die stabiliteit helpt me op het ijs.” Dat is de erfenis van zijn jaren in Rusland. Voordat we verder in zijn trainingen duiken, eerst de vraag waarom Semirunniy nu voor Polen schaatst.
Op het WK Junioren van 2022 zagen we een eerste glimp van Semirunniy. Achter de Noor Sigurd Henriksen en Stijn van de Bunt pakte hij brons op de vijf kilometer. Daarna ging hij op zoek naar een nieuwe plek om te schaatsen. “Ik was blij met mijn coach en mijn teamgenoten, maar niet met de trainingskampen. Elke keer verbleven we in Rusland, waar het eten slecht was. Bovendien trainden we dan op langzame banen."
Al voor de oorlog in Oekraïne begon de zoektocht, die door het politieke conflict meer urgentie kreeg. Hij schreef teams in Nederland aan, maar zij gaven de voorkeur aan talent van eigen bodem. Het gesprek met Kazachstan liep ook op niets uit. “Daarnaast heb ik contact met de Canadezen gezocht. Tot op de dag van vandaag hebben zij niet gereageerd”, vertelt Semmirunniy lachend.
De Poolse bond voldeed wel aan zijn wensen. De trainingsmethoden spraken hem aan en hij vond zekerheid wat betreft vergoedingen, verblijf en de mogelijkheid tot een Pools paspoort. De 22-jarige schaatser liet huis en familie achter om naar het buurland te emigreren. “Mijn ouders hebben me altijd gesteund. Steeds als er problemen opdoemden in mijn hoofd, kon ik ze bellen. Dan vertelden ze mij dat ik door moest gaan op de route die ik gekozen had.”
De eerste maanden vond Semirunniy niet direct wat hij zocht. Eerst werkte hij met de Poolse coach Pawel Abratkiewicz, maar die vertrok naar Kazachstan. Inmiddels werkt hij samen met Roland Cieslak en de Fries Henk Hospes. “Een totaal andere manier van trainen. Soms putten ze me helemaal uit, maar ik kan wel hard rijden.”
Semirunniy legt het verschil uit tussen de twee methodes. “In Rusland trainden we heel veel op lagere snelheid, soms deden we trainingen van 120 rondjes. Hier in Polen schaatsen we een stuk minder, maar wel sneller. In plaats van rondetijden van 32 à 33 seconden, doen we nu 29 à 30 seconden over een rondje. Dat zijn soms loodzware trainingen. Dan lig ik aan het eind van de dag op mijn bed en wil ik niet meer opstaan.” Ook zijn techniek verbeterde, door een andere visie. “Mijn vorige coach vond één stijl goed, daar moesten we ons allemaal aan aanpassen. Nu wordt er gekeken naar wat het beste past bij mij als schaatser.”
Vanwege zijn overstap mocht Semirunniy een tijdje geen internationale wedstrijden schaatsen. Dit jaar maakte hij zijn rentree in Thialf. Hij schaatste in januari voor het eerst een EK Allround, waarop hij tiende werd. “Ik was zo enthousiast bij dat eerste toernooi, als een kwispelende hond met een belletje om zijn nek. Eindelijk was ik vrij om te starten. Het was geweldig.” Vervolgens debuteerde hij in de World Cups. In zijn eigen Tomaszow dwong hij promotie af naar de A-divisie. Een week later was er een vierde plek op de vijf kilometer. Omdat hij nog geen internationale podiumplek behaald had, werd hij niet gerekend tot de medaillekandidaten in Hamar.
Desondanks veroverde hij tweemaal een medaille op zijn eerste WK Afstanden. Het waren voor Polen ook de eerste twee WK-plakken op de langste nummers, die toch ook toe te schrijven waren aan de Russische school. “Daar heb ik geleerd rondenlang dezelfde tijden te schaatsen. In Polen doe ik nu de tempotraining alleen, waarbij ik ook zelf de rondetijden vlak moet houden.”
Wat hem verder helpt op de tien kilometer zijn de vele uren op de fiets. “Dit seizoen heb ik 17.000 kilometer afgelegd. In Tomaszow zijn de wegen niet geweldig, maar meer naar de Tsjechische grens kun je fietsen in de bergen met prachtig uitzicht. Daar kan ik uren achter elkaar rijden.” Want Semmirunniy is niet bang om wat kilometers weg te trappen. “Ik ging een paar jaar geleden met mijn vriend Danila Semerikov, die inmiddels voor Oezbekistan rijdt, 300 kilometer rijden in tien uur met steeds hetzelfde aantal wattages. Elke keer zette hij aan en dacht ik nee, nee, niet weer. Inmiddels is 300 kilometer ook te veel voor mij. Dan moet ik onderweg stoppen om te eten, want van al die gelletjes krijg ik last van mijn tanden.”
Ook de nodige uurtjes op de Tacx worden gemaakt:
Uren fietsen en schaatsen, meegenomen vanuit Rusland, gecombineerd met de Poolse techniek en snelheid brachten hem in zijn eerste internationale seizoen bij de senioren twee medailles. Het zal interessant zijn hoe hij zich verder ontwikkelt, zeker met het oog op het komende olympische jaar.