Velzeboer, de wereldrecordhoudster op de 500 meter, sprintte in maart van dit jaar naar WK-zilver op die afstand en prolongeerde met de vrouwen van Oranje de relaytitel. Dat was een fikse opsteker voor de Nederlandse ploeg die het lastig had op het mondiale toernooi in Rotterdam. Na dat WK besloot haar geroutineerde teamgenote Yara van Kerkhof te stoppen. Dat betekende dat de pas 23-jarige Vezelboer een van de meest ervaren rijdsters in de ploeg werd. Ze voelt bij de start van het nieuwe winterseizoen dan ook dat haar positie is veranderd in het team.

“Voorheen had Yara een duidelijke, leidende rol. Nu merk ik dat het meer bij mij ligt. Ik zit inmiddels een tijd bij de ploeg en heb veel wedstrijdervaring die ik kan overbrengen aan de nieuwe(re) mensen. Mijn rol verandert, ik heb meer de leiding. Zeker met de relayploeg zitten we er heel lekker in. Suzanne (Schulting), Selma (Poutsma) en ik zijn goed op elkaar ingespeeld, en ook met Michelle (Velzeboer) erbij loopt het soepel. In het relayteam heb je elkaar echt nodig, dus moet je elkaar duidelijk sturen. Maar ook op de individuele afstanden is het belangrijk over te brengen hoe het in de wedstrijd eraan toegaat. Mijn ervaring op dat gebied kan ik delen met de rest van het team”, vertelt Velzeboer.

Xandra Velzeboer bevraagd door journalisten
Xandra Velzeboer wordt bevraagd door journalisten | Foto: Lotte Bolhuis

Velzeboer kent haar kwaliteiten, zit goed in haar vel en is vastberaden nog beter te worden. Maar hoe verbeter je als je al zo enorm gegroeid bent? Velzeboer vindt het belangrijk de uitdaging te blijven zoeken: “Ik kijk continu waar ik weer een nieuwe stap kan maken. Dat is heel anders dan vroeger. Toen volgde ik de andere rijdsters en kopieerde ik wat zij goed deden. Ik kan nu niet meer afkijken, haha. Ik moet het meer bij mezelf zoeken, samen met de coaches.”

Met bondscoach Niels Kerstholt en de nieuwe assistent Haralds Silovs zoomt Velzeboer in op de details. “Voor anderen is het misschien niet eens zichtbaar. Het zit ’m vooral in het technische deel. Het gaat er bijvoorbeeld om dat je de hele ronde druk op de schaats hebt, het is belangrijk dat je diep zit natuurlijk, maar ook dat je in de hele ronde je positie hetzelfde kan vasthouden. In de bochten kan ik soms nog wat omhoogkomen. Je wilt dat je gebruik kunt maken van je afzet, en als je diep zit is je afzet langer. Dat zijn zaken die ik verder kan verbeteren.”

Dat het in de details zit, is soms lastig voor de shorttrackster. Het helpt dat anderen met Velzeboer meekijken, zodat ze deze stappen kan maken. “Zelf zie je niet altijd wat beter kan. Met een blik van buitenaf kunnen de coaches op de punten wijzen die ik kan verbeteren. Ik merk tijdens de trainingen wanneer iets wel of niet werkt voor mij.” Komende winter is het pre-seizoen voor de Olympische Spelen, maar dat betekent niet dat er ruimte is om te freewheelen. “Ik wil lekker in de wedstrijden zitten en mij zelfverzekerd voelen met mijn tactiek en racestijl. Per slot van rekening wil je bevestiging hebben van je vorm en weten dat je er klaar voor bent. In het olympisch seizoen kun je daar verder in groeien.”

Ik ben benieuwd hoe het vernieuwde systeem uitpakt komend seizoen

Voordat de blik definitief op Milaan gaat, ligt eerst de focus op seizoen ’24-’25. De rijdsters en rijders van TeamNL komen uit in de World Tour: de aangepaste versie van de World Cup. Hoewel er inhoudelijk niet veel verandert voor de rijdsters, is Velzeboer van mening dat er wel andere keuzes gemaakt kunnen worden. “De opzet is anders. Eerst waren er twaalf startplekken in totaal, waarbij iedereen standaard twee afstanden zou rijden. Nu zijn er negen startplekken voor de ploeg, maar er worden nog steeds evenveel sporters afgevaardigd. Daardoor rijdt niet iedereen gegarandeerd twee afstanden, en zullen sommige schaatsers minder vaak aan bod komen. Door dit systeem zal wel het niveau in de finales hoger liggen, verwacht ik.”

Dat betekent dat sommige schaatsers zich mogelijk gaan focussen op één afstand, om meer kans te maken op een startticket. Velzeboer ziet een andere kans. “In theorie zou je nu de 500 meter, 1000 meter én 1500 meter kunnen doen. Het vraagt wel veel van je lichaam, maar ik sluit niet uit dat ik het een keer wil doen. Ik ben benieuwd hoe het vernieuwde systeem uitpakt komend seizoen.”

En gaat het opgepimpte schaatspak van de Dutch Lions daarbij helpen? “Nou, ik ga er niet anders van schaatsen, dus ik word er niet trager of sneller van. Maar het is mooi dat ze bij de ISU bezig zijn om meer aandacht te genereren voor de sport en zo een breder publiek aan te trekken.”