“Ik ben, denk ik, niet iemand die per se alles moet winnen.” Altijd goed, zo’n dosis zelfkennis van iemand die intussen meer dan een decennium meedraait in de top van de shorttrackscene. “Die instelling zou je wel moeten hebben als echt heel goede sporter. Ik wil graag verbeteren, het goed doen in de training, voelen dat ik vooruitga. Dat is meer mijn drijfveer dan zo nodig alles te moeten winnen. Dat is hoe ik erin sta en daarom blijf ik het al zo lang leuk vinden.”

Het is een passage uit het interview dat een paar dagen voorafgaand aan de wedstrijd in Dresden plaatsheeft. Yara van Kerkhof is na de eerste training op haar gemak (‘Het ijs geeft lekker veel druk’) en kijkt met plezier kort terug op het bijzondere moment van ruim een maand geleden op het ‘zwoegers-ijs’ van een baan in Kazachstan. Het onverwachte gebeurde daar: ze greep wereldbekergoud (bovenste foto), een prestatie waar ze al geruime tijd geen rekening meer mee hield, zo zegt ze. De verklaring is volgens haar simpel. “Op een gegeven moment zie je in je carrière dat de ontwikkeling van jongere rijdsters veel harder gaat dan die bij mij nog zichtbaar is. Dan vraag je je af: hoe kan ik die extra stap nog maken? Dat wordt steeds moeilijker. Daarom is het heel mooi dat het wel lukte.”

Foto: ISU

Verrassend en opmerkelijk eigenlijk, want dit was de vierde World Cup. Oftewel, je was een eind op weg in het seizoen, met alle vermoeienissen van wedstrijden, reizen en de vele trainingsuren. Hoe verklaar je dat, als je de progressie van de concurrentes ziet?
“Ik heb ook een stukje vertrouwen opgedaan. Voor dit seizoen reed ik heel lang geen World Cups (individueel), eerst vanwege corona en in het olympisch jaar heb ik weinig individuele afstanden mogen rijden. Tijdens het WK in Montréal (april 2022, red.) won ik niet alleen brons op de 500 meter, maar tankte ik ook veel zelfvertrouwen. Dat heb ik deze winter uitgebouwd in de World Cups. Ik merkte dat het echt goed ging, ook in Almaty.”

Je won alle ronden voorafgaand aan de finale van de 500 meter.
“Ja, ik reed alles op kop.”

Was het breekpunt de kwartfinale waarin je Michelle Velzeboer en Natalia Maliszewska voorbleef en toen geloofde in een gouden afloop?
“Ik reed vrijdag in de heats al een heel snelle tijd vanaf koppositie (de tweede van het hele veld, achter Xandra Velzeboer: 42,420 om 43,372). Toen dacht ik: Oh, er is al veel mogelijk. Als je in die fase ziet dat anderen je niet inhalen, weet je dat je de volgende ronde weer op kop komt. Nadat ik van Maliszewska won, begon ik erin te geloven dat het mogelijk was. Suzanne Schulting deed niet mee aan deze 500 meter, Xandra was gevallen. Zonder hen was het wat anders dan wanneer je ook tegen hen racet. Ik ben trots dat het me ook is gelukt. Ik moest het nog wel doen, want de ervaring van zoveel ritten achter elkaar winnen had ik niet.”

“Het zat in mijn hoofd dat ik goud zou kunnen veroveren. Dat sprak ik niet uit tijdens de wedstrijd; je moet er ook helemaal niet mee bezig zijn. Niels Kerstholt, de bondscoach, zei voor de kwalificatieronde al: ‘Heb vertrouwen, want je bent echt goed’. Dat te horen hielp me wel. Er sprak veel vertrouwen uit.”

Foto: Shapevisions - KNSB